Rijdend over de Hogelandsingel in Enschede was me al een paar keer een strakke auto opgevallen die als reclameobject in de berm stond geparkeerd. En zwarte sportcoupé. Ik was aan een andere auto toe. De Passat werd oud en behoeftig in alle opzichten en nu wilde ik een auto waar ik ook met plezier naar kon kijken. Want de Passat was toch eigenlijk wel een beetje een erg degelijke auto. Du s die warte sportcoupe leek me wel wat. Helaas stond het merk me niet zo aan. Hyundai. Een Koreaan, tot die tijd vooral bekend van de oubollige Pony. Op een avond zag ik een Sterspotje van diezelfde Hyundai Scoupe. Iets met een mooie dame en een rood sjaaltje. De volgende dag toch maar een langs bij autobedrijf Mulder in Enschede. Officieel Hyundai-dealer. En toch de Scoupe maar eens goed bekeken. En het moet gezegd: ik vond het een erg mooie auto. Two-tone zoals dat heette: twee kleuren carrosserie. Zwart en grijs. En verder echt Coupe. Weinig ruimte op de achterbank en een beperkte bagageruimte. Maar dat boeide niet. Ik was verliefd op de auto. Hij was nieuw, het zou mijn eerste echte nieuwe auto worden. Hij was luxe. Want er zaten elektrisch bedienbare ramen in. En dat was een optie die in die jaren nog niet zo standaard was. En mooie bekleding en veel knopjes en lampjes. De prijs ben ik vergeten. Er ging wat vanaf omdat het een demo-auto was. Rond de 20.000 gulden denk ik.
Het autootje oogde mooi, maar viel verder toch tegen. Hyundai had gemikt op een markt voor mensen die een betaalbare Sportcoupé wilden. En dan lever je in op prestaties. Er zat een motortje van 1500 cc in. Weliswaar goed voor lekker meekomen, maar de auto maakte absoluut niet waar wat zijn uiterlijk beloofde. Daar kon ik wel mee leven. Je mag toch niet harder dan 120 in Nederland en in Duitsland kwam hij best mee. Al was de motor lawaaiig. Ergerlijker was echter het afwerkingsniveau. Alles kraakte en rammelde. Soms vond ik op de vloer onduidelijke plastic kapjes of schroeven en buiten het feit dat ze ergens uit waren gevallen, was niet te traceren waaruit dan precies. Ik begon al snel te denken aan iets anders, want ik vreesde dat al het plastic geen lang leven beschoren zou zijn.
De druppel was het mooie schuifdak wat ik liet monteren. After-market. Door de dealer. En dat dak heeft alleen maar gelekt. En niet een beetje, na een regenbui kreeg je soms een complete plens water in je nek. Ik ben er geloof ik wel tien keer mee naar de dealer terug geweest. Zonder resultaat. En daardoor, en door de tegenvallende afwerking en prestaties, moest de zwarte Scoupe het veld ruimen. En dat heeft veel geld gekost. Want op een nieuwe auto schrijf je behoorlijk af. Na een jaar al ruilde ik hem in. En toen was het 1993.
|
Hij was wel mooi... |
Geen opmerkingen:
Een reactie posten