Want het moest weer een DAF worden. Door het rijden in een Dafje was mijn vader het schakelen verleerd denk ik nu. En mijn moeder had bij aanschaf nog geen rijbewijs. Dus lag het voor de hand om maar weer op veilig te gaan. Zoals eerder opgemerkt hield mijn vader ook niet van veranderingen...
Er kwam een andere DAF. Een rode. Een Daf 33. Mooier, maar het bleef een DAF. Als jongetje was ik er niet zo kapot van. Maar ik had niks in de melk te brokkelen natuurlijk. Dit exemplaar deed dienst tot 1972. Denk ik. Want in 1973 gingen we verhuizen en toen was de DAF al weg.
Rood. Dat weer wel |
Geen opmerkingen:
Een reactie posten